Ordereglement

 1.0. Aanwezigheid.

1.1. De leerlingen zijn verplicht de lessen te volgen volgens het voor hen geldende rooster, tenzij er voor een bepaalde les een andere regeling is getroffen. Zij dienen voor het volgen van de lessen op tijd aanwezig te zijn.

1.2. Wanneer een leerling het eerste lesuur vrij heeft, heeft hij het recht daarover zo spoedig mogelijk te worden ingelicht.

1.3. De leerling die te laat aanwezig is, dient zich op de daarvoor aangegeven plaats als ‘te laat’ te laten registreren.

1.4. Leerlingen die met de bus reizen, kunnen i.v.m. de busverbinding aan het begin van de cursus aan de schoolleiding een ‘te-laat-pas’ aanvragen. Deze pas wordt slechts in uiterste noodzaak verleend.

1.5. Door de schoolleiding en/of diens plaatsvervanger kan de leerling wanneer hij te laat komt een passende maatregel worden opgelegd.

1.6. Namen van de afwezige docenten worden vermeld op de daarvoor bestemde plaatsen. De afwezigheid geldt steeds de betreffende dag.

1.7. Indien de docent bij aanvang van de les niet aanwezig is, vraagt de klassenvertegenwoordiger bij het daarvoor verantwoordelijke lid van de schoolleiding of de les doorgaat.

1.8. Tijdens de pauzes en roostervrije uren mogen de leerlingen alleen in de daartoe bestemde ruimten op
school verblijven.

1.9. Een leerling heeft alleen verlof om de lessen te verzuimen indien de schoolleiding dit op verzoek van zijn ouders heeft toegestaan. Dit geldt ook voor de hulplessen.

1.10. Als een leerling niet mee kan doen aan de lessen lichamelijke opvoeding meldt hij zich altijd vóór de les bij de docent lichamelijke opvoeding met een briefje van zijn ouders/verzorgers. In overleg met de leerling kan dan eventueel vrijstelling verleend worden als de leerling gedurende lange tijd de lessen niet kan volgen.

1.11. Indien een leerling door ziekte of door een andere vorm van overmacht niet in staat is de lessen te volgen, moet dit door de ouders/verzorgers of door de leerling zelf, indien hij meerderjarig is, zo spoedig mogelijk telefonisch of schriftelijk, uiterlijk voor de aanvang van de lessen worden gemeld aan de administratie.

1.12. De leerling die tijdens de lessen onwel wordt, meldt zich af bij het lid van de schoolleiding, dat, of diens plaatsvervanger, die verantwoordelijk is voor de absentenadministratie.

1.13. Indien een leerling anders dan met verlof of door ziekte lessen verzuimt of afwezig is terwijl hij aanwezig dient te zijn, kan het daarvoor verantwoordelijke lid van de schoolleiding of diens plaatsvervanger een passende maatregel opleggen.

1.14. Een leerling is verplicht na verzuim door ziekte zich met een briefje van de ouders/verzorgers te melden bij het lid van de schoolleiding, dat, of diens plaatsvervanger, die verantwoordelijk is voor de absentenadministratie.

1.15. Indien een leerling meer dan 4 schooldagen afwezig is geweest, meldt hij zich bij terugkomst op school bij de mentor die samen met de betrokken docenten voor hem een plan opstelt voor het inhalen van de opgelopen achterstand.


2.0. Gedrag.

2.1. De leerlingen dienen zich in en buiten de school naar behoren te gedragen. (zie ook 1.3.)

2.2. Leerlingen mogen niet roken in de schoolgebouwen.

2.3. De leerlingen mogen geen alcoholhoudende dranken of bij de wet verboden verdovende middelen in bezit hebben op school. Gokken, het spelen om geld, is op school verboden.

2.4. Voor de goede gang van zaken op en om de school is het van belang, dat de leerlingen geen storende invloed hebben op het lesgebeuren en andere werkzaamheden die verricht worden. Tijdens de lesuren mogen de leerlingen zich niet ophouden in de deelscholen. Anderen hebben slechts toegang tot de schoolgebouwen en terreinen van het dr Aletta Jacobs College, als zij daarvoor toestemming hebben van de schoolleiding.

2.5. Buiten de lesuren mogen de leerlingen zich zonder toestemming van een personeelslid niet in de deelscholen bevinden.

2.6. Alleen in de kantine of op het plein worden etenswaren genuttigd. Bij het verlaten van de kantine dient de tafel te zijn opgeruimd. Papier, afval, e.d. moeten in de daarvoor bestemde vuilnisbakken of papiermanden in en buiten het gebouw gedeponeerd worden.

2.7. In de gangen van de schoolgebouwen mag men niet rennen.

2.8. Leerlingen mogen geen communicatieapparatuur meebrengen in de school, met uitzondering van de kantine. Geluidsapparatuur (walkmans) mag alleen gebruikt worden in de kantine, op het plein en in de studieruimte als er individueel wordt gewerkt.

2.9. De leerlingen ruimen bij toerbeurt de kantine en de lokalen op. De leerlingen van het eerste leerjaar worden ook ingezet bij het opruimen van het binnenplein, de hal en de brugklasvleugel.

2.10. Het is de leerlingen niet toegestaan de gymnastiekzalen te betreden met schoenen waarop buiten is gelopen. Het gebruik van schoenen met zwarte zolen in de gymnastiekzalen is verboden.

2.11. Inventarisgoederen van de school mogen niet mee naar huis worden genomen tenzij na overleg met en toestemming van de schoolleiding.


3.0. Veiligheid.

3.1. De leerlingen zetten zich in voor een zo veilig mogelijke school. De leerlingen en personeelsleden gedragen zich naar de gegeven voorschriften betreffende de veiligheid in de school en overigens zodanig dat de veiligheid in de school zoveel mogelijk wordt gewaarborgd.

3.2. Het is de leerlingen verboden vuurwerk in bezit te hebben of te gebruiken op school of in de omgeving van de school.

3.3. Het is leerlingen verboden wapens in bezit te hebben op school of in de omgeving van de school.

3.4. Tijdens de lessen veldgymnastiek mogen alleen leerlingen die les hebben zich op de sportvelden bevinden.

3.5. In de praktijklessen dient de door de school voorgeschreven kleding en veiligheidsbril te worden gedragen.

3.6. Op het schoolplein mag niet worden gefietst of met bromfietsen worden gereden.


4.0. Schade.

4.1. Het bevoegd gezag aanvaardt geen wettelijke aansprakelijkheid voor schade die buiten zijn verantwoordelijkheid wordt toegebracht aan bezittingen van leerlingen. Het bevoegd gezag aanvaardt ook geen wettelijke aansprakelijkheid voor het verlies van bezittingen die leerlingen in of bij de school, of tijdens schooltijd zijn kwijtgeraakt.

4.2. Indien een leerling aan het schoolgebouw, aan de leermiddelen die zich daarin bevinden of aan andere bezittingen van het bevoegd gezag of aan andere onder het beheer van het bevoegd gezag staande zaken, schade toebrengt, dan wordt die schade hersteld op kosten van de leerling die de schade heeft veroorzaakt, of indien deze minderjarig is op kosten van zijn ouders.

4.3. Van de school gehuurde boeken moeten door de leerling worden gekaft. Door een leerling beschadigde boeken worden op kosten van de leerling, indien hij minderjarig is, van zijn ouders, hersteld, dan wel in hun geheel vergoed.

4.4. De leerling plaatst zijn fiets of bromfiets in de fietsenstalling en zet hem op slot.

4.5. Het is niet toegestaan geld of andere artikelen van waarde in kledingstukken of (fiets)tassen achter te laten. Horloges en geld tijdens de gymles in bewaring geven bij de docent.


5.0. Huiswerk.

5.1. Elke leerling noteert het opgegeven huiswerk in zijn agenda.

5.2. De leerlingen zijn verplicht het opgegeven huiswerk te doen. Indien het huiswerk niet gedaan wordt zonder een acceptabele verklaring, kan er een passende maatregel opgelegd worden door de docent.

5.3. De gezamenlijke docenten van een klas of groep streven ernaar het huiswerk zodanig op te geven en te spreiden dat van een evenwichtige en reële belasting sprake is.

5.4. De leerling die het huiswerk niet heeft gedaan, meldt dit bij aanvang van de les aan de betreffende docent onder vermelding van de reden van verhindering. Indien hij minderjarig is wordt een schriftelijke verklaring verstrekt door de ouders/verzorgers.

5.5. Leerlingen die huiswerkbegeleiding krijgen, zorgen ervoor dat ze op tijd binnen het daarvoor aangewezen lokaal zijn en dat ze de juiste boeken bij zich hebben.

 

<< vorige